Stella, een oranje schaap ?
Ik wil jullie graag het verhaal van Stella vertellen.
Mag ik jullie voorstellen, Stella (buiging). Aangenaam. Stella stond in een wei met veel andere schapen, witte en zwarte. Zij vonden een oranje schaap, dat is toch niet normaal. Om eerlijk te zijn, ze hadden eigenlijk schrik van
een oranje schaap.
Opeens werd ze gewekt door de vallende ster, Mero. Oooo, wat leuk, gezelschap. Mero wou met haar naar het bos. Hij vertelde dat hij daar nog een andere poezel had ontmoet.
Nu wou ze wel mee naar haar soortgenoot, een poezel.
Dat klonk zelfs veel leuker dan een schaap. Op naar het bos dan maar …
Erna in huppelpas naar het bos. Kennismaken met Marie, zalig in je eigen taal kunnen spreken. Het allerleukste vond ze eigenlijk te kunnen knuffelen met een poezel die even zacht was als zichzelf.
Mero moest terug naar huis, de maan had hem nodig, een nieuwe opdracht. Stella was ineens wat verdrietig. Mero beloofde terug op bezoek te komen. Samen met Marie wuifde ze hem uit in het grootste vertrouwen dat vanaf nu alles veel leuker zou zijn.
Stella woont sedert dan in dat bos, niet ver van de prachtigste groene wei. Twee gelukkige poezels, die ook af en toe een vallende ster op bezoek krijgen.
Wil jij ook eens een ster op bezoek ? Hou de sterren in de gaten. Zij wijzen je de weg…
Stellatje lief, wat doet een poezel in de morgen ? Stellatje lief.
oranjeknuffelbol. (Melodie egeltje lief)
Stella woont aan de rand van het bos in de prachtigste groene weide uit omstreken. Je vind er veel lekker en hoog gras. De breedste sprieten zijn er het lekkerst.
Maar Stella die eet niet van het gras. Ze is constant in de weer. Ze verzamelt allemaal takken en stapelt die aan de rand van de weide. Ze stapelde zo hoog dat je er het bos en de weide erachter niet meer kan zien.
Nu denken jullie zeker, “wat een gulzig schaap”, maar dat is ze helemaal niet.
Samen besloten ze Stella uit te mekkeren, zo met z’n allen samen, zo lekker hard.
Amai wat was Stella verschoten, ze rende er vandaan. En bibberen, van t verschieten natuurlijk.
Toen wist ze, dit wil ik niet meer … en ja toen begon ze tak voor tak te stapelen.
Soms in de pauze, hoorde ze de andere schapen spelen. Dan deed haar hart pijn. Ze wou zo graag nog eens spelen en … knuffelen. Alleen is maar alleen. Verdrietig viel ze in slaap.
Wat is een poezel ? vroeg Stella .
Doe niet zo gek, zei Mero. Jij bent een poezel.
Ik ben een oranje schaap, zei Stella heel beslist.
Mero kreeg zowaar de slappe lach, hij viel zelfs op de grond van het lachen. Ach zo, zei hij toen hij enigszins uitgelachen was, laat me dan eens je schapegeluid horen.
“Piauw” zei Stella ….en toen snapte ze ineens zelf waarom ze zo geschrokken was van al dat gemekker bij de andere schapen.
Ze was “gewoon” anders of nee, “speciaal” anders.
Makkelijker gezegd dan gedaan. De takkenwal openbreken…Dit was jaren werk. Het moest sneller.
Ze verzamelde wat takken en knoopte ze samen met de sterkste grassen. Aan het uiteinde bevestigde ze de zachtste grassen. Zo had ze een penseel, een reuze penseel.
Verf, waar vinden we dat, vroeg Mero.
We kunnen proberen de rode kleigrond aan het riviertje te mengen met wat water. Het mengsel was heel lopend. Om beurt spuugden ze er in de brij. Speeksel kleeft goed. Flink roeren.
Met vereende krachten schilderden ze een een begin van een brug over de takkenwal. De wind was uiterst behulpzaam, hij blies de verf direct droog.
Ze stapten voorzichtig tot op de rand van de takkenwal.
Oooo tekenen we een schuifaf vroeg Mero, ene met gevaarlijke bochten. Stella twijfelde even. Maar de idee aan kriebels in de buik bij het afdalen, gaf de doorslag. Vol enthousiasme schilderden ze flinke bochten in het stuk naar beneden.
Alvoor naar beneden te glijden, borg ze haar penseel op, boven op de takkenwal. Ze nam wel een paar van die stevigste grassprieten mee. Ze bond ze rond haar nek. Mero kwam achter haar aan zitten. Gibberend de wal af, leuk die bochten.